Crataegus monogyna – Eénstijlige meidoorn

  • Habitus: Heester, kleine boom
  • Blad: Groen
  • Wintergroen: Nee
  • Bladhoudend: Nee
  • Bloemen: Ja
  • Vruchten: Bessen
  • Afmeting: 6 – 9 m. hoog
  • Bloeiperiode: Mei-juni
  • Oogsttijd: nvt
  • Winterhardheid: Zeer winterhard
  • Giftig: Nee, maar oneetbaar

Plantadvies:

Plant Crataegus monogyna aan in een matig voedselrijke bodem, bv. Vivimus universeel van DCM. De één-stijlige meidoorn houdt van een plaats in de zon of halfschaduw.

Snoeien:

Crataegus monogyna heeft de neiging warrig te groeien en daarom kan regelmatig dunnen om licht in de kroon te brengen geen kwaad. Deze snoei mag in het najaar of in de wintermaanden plaatsvinden. Na snoei in de wintermaanden ontstaan zogeheten waterloten. Die kunnen het beste in juni worden weggeknipt. De meidoorn kan ook als haag worden gesnoeid. Juni is dan de beste maand om te snoeien. Moet de haag ook in de wintermaanden goed strak zijn, dan moet er in september nog een keer worden gesnoeid. Dat vermindert overigens de kans op bloemen in het voorjaar.

Bemesten:

Crataegus monogyna heeft niet veel behoefte aan bemesting, echter, het is aan te bevelen om de eerste jaren in het te bemesten.  Doe dit in het voorjaar met bv. Organische meststof van DCM.

Speciaal:

Crataegus monogyna is geschikt voor de wilde tuin, temeer daar het een heester is die volop nestelgelegenheid geeft aan kleine (zang)vogeltjes. De heester is ook bijzonder bruikbaar als ondoordringbare haag. In de zogeheten Zeeuwse haag (Een Zeeuwse haag is een haag die bestaat uit 60% meidoorn, 20% sleedoorn en 20 % veldesdoorn) spelen hondsroos, egelantier, Gelderse roos en vlier een hoofdrol. Vroeger werden deze hagen geplant als veekering. Tegenwoordig wordt meidoorn veelal aangeplant als landschappelijke haag. De witte, geurende bloemen verschijnen in mei of begin juni. De rode vruchten kleuren de heester in het najaar en blijven tot ver in de winter hangen. De doorns zijn zo’n 2 cm. lang en vrij scherp. Crataegus monogyna is voor alle jaargetijden geschikt; een gele blad verkleuring in de herfst, rode bessen in de winter en in het voorjaar een uitbarsting van witte geurende bloemen.